Klik op het pijltje om het gedicht te horen

 

 

 

 

 

 

 

 

De dag van eden
In memoriam matris

Als ik vanavond thuiskom ben je weg.
Ik zal de tuin inlopen rokend en verdrietig
om al het liefs dat ik je wilde zeggen.
Je zwarte stoel staat in het erwtenbed.

Je zat er vaak tussen twee beurten in
nog met je handen aan de groene lussen
een uur vol gras en vogels uit te rusten,
de druppels zweet al haastig weggewist.

Een fijne sluier zand ligt op je stoel.
Ik zal hem in spiraaltjes openblazen
want je bent weg, ik moet mij nooit meer haasten.
Voor hoeveel jaren is dat nu voorgoed.

Uit: "Onverwachts onderweg "

TERUG