De stalen boom ligt overdwars geveld
tegen zijn kruin van glanzende tentakels,
totdat een hand aan hefbomen en schakels
met één greep de geledingen herstelt.

Dan gaat een ruisen op, een groot geweld
vertakt zich door het fonkelend geblaarte
van het lankmoedig neerliggend gevaarte,
de levensboom die ons de opgang meldt
van de metalen aera van de aarde.

Uit: "Sint-Niklaas en het Land van Waas "