Guido Gezelle
Ik nog een knaap en nog zonder verleden
toen ik Dien avond en die Rooze las
gelijk men brieven leest soms of gebeden.
Ook weet ik scherp en helder hoe het was:
de leraar rechtop achter de katheder,
de harde bank in de poësisklas,
de leerlingen die deden wat zij deden,
de tuin nog raadbaar achter marmerglas,
namiddaguren glijdend en vergleden.
Ik zag de roos rood op een jongensjas
in een gebaar van vriendschap weggegeven
dat poëzie en onverwelkbaar was.
1983
Uit: "In al begonnen Vrede "