Voorbij
Verrukkingen van vroeger zijn voorbij.
Het schip dat mij ooit droeg kreeg averij
en ging in dras en drab voorgoed voor anker,
geramd door wind en regen van weerszij.
Nu kraakt zijn ronde mast en vreet de kanker
van vries en vorst hem aan, te loef te lij.
Uit: "Het oudste geluk "