November
Derde november

Een uit het landschap opgebroken dorp
met roze roestvlekken van nieuwe huizen
en grijze wegen die het groen doorkruisen,
de horizon vormloos een hoge stort.

Op zwarte fietsen rijden regenheren
in oliejekkers sulfergele schilden,
als door rukwinden telkens opgetilde
tot vliegen onbekwaam geworden kevers.

Zij blazen woorden in elkanders nek,
door ademnood en jaskragen versmachte
syllaben uit een horde van gedachten
die in hun hoofd bijeenstaan op één plek.

De dag is oker als een maandagmorgen
wanneer het sneeuwen pas heeft opgehouden,
de bomen staan ontelbaar, in hun koude
bewegingloosheid inniger verbonden.

Uit: "Onverwachts onderweg "