Monotonie van huizen in de rij
De regelmaat van rechtgetrokken straten,
de huizen aangelijnd, - hun gevels staan
in het gelid als roerloze soldaten
langszij de bomenrijen van de laan.
Met uniforme kleur, naar vaste maten
zonder verbeelding dient de stad zich aan
als wou hier niemand stigma's achterlaten,
geen spoor of prent van een privé bestaan.
Er zijn de vogels die hier gister zaten,
de regen van altijd valt immeraan,
dezelfde wind blaast weerloos of verwaten
onder het ritueel van zon en maan.
Uit: "Het sierlijke bestaan van steden"