Vorige pagina
Overzicht
Volgende pagina

Sappho

Sappho van Lesbos, de tiende muze, liet rond 600 v.C. als eerste vrouw in de wereldliteratuur een heel persoonlijke stem weerklinken. Van haar uitgebreid oeuvre, dat afwisselend werd verguisd en bejubeld, resten ons slechts één volledig bewaard gedicht, een handvol langere fragmenten en een paar honderd poëtische flitsen. Toch wordt zij beschouwd als één van de grootste dichteressen aller tijden. De zangeres van verlangen, die niet kon weerstaan aan alles wat mooi was, in het bijzonder aan de meisjes die in haar kring verbleven, verwoordt op een heel directe manier haar hartstocht en haar pijn in beklijvende beelden en verzen vol muziek. Voor vertalers een grote uitdaging.
In de literaire nalatenschap van Anton van Wilderode is zijn onvoltooide vertaling van Sappho een verrassend geheel, een boeiend literair-historisch document, dat bovendien ook poëtisch belangwekkend is. Deze vertaling laat niet alleen de stem van Sappho opnieuw klinken, het vervolledigt tgegelijk het beeld van Anton van Wilderode, als vertaler van antieke poëzie.
Dit boek werd samengesteld en uitgeleid door Patrick Lateur.