Doel
1 2 3

De lege zondagmiddag strompelt voort
alleen gelaten na 't gelui der klokken;
de luie netten hangen opgetrokken,
een zak vol wind, en niemand meer aan boord.

Het water moeizaam heeft het laatste woord
tegen de schoeiingsborden en de bokken;
een kleine rietgors ruist omhoog met snokken
als vastgebonden aan een iele koord.

Het dikke slib gedijt en ongestoord
waadt stroomopwaarts het riet met dichte rokken,
maar op de horizon groeien de dokken.
De laatste visser doet of hij niet hoort.

 

Uit: 'Ik adem mijn eigen aarde' 1974.
Oorspronkelijk (1967) gepubliceerd in het fotoboek 'Sint-Niklaas en het Land van Waas'

Schoeiingsborden zijn houten walbeschuttingen en bokken zijn vaartuigen.


Klik op de foto
Doel
Klik op de foto
Doel
Klik op de foto
Doel